Refr.:
Ik denk nog vaak aan kleine Sjaak
Groot in 't kattekwaad
Vlug als kwik, de held, de schrik
Van de buurt en onze straat
Spijbelaar, altijd klaar
Vlor 't gappen van een koek
Een ruit kapot dat was een schot
Van Sjakie van de hoek
Hij stal voor ons likeurbonbons
En iedereen word ziek
En als men thuis vroeg hoe dat kwam
Verklikte je 'm niet
Maar aan oma, die alleen was
Bracht hij dagelijks een bezoek
Dat was hij wiens hart van goud was
Dat was Sjakie van de hoek
refr.
En ieder ging z'n eigen weg
En Sjakie word soldaat
Voor miljoenen en voor Sjaak
Kwam de vrede veel te laat
Z'n zoontjes zijn precies als hij
Half lief en half piraat
De 1 heet Sjors, de ander Sjaak
Toe, maak ze geen soldaat
refr.
Een ruit kapot, dat was een schot
Van Sjakie van de hoek